Kenniscentrum ADHD bij volwassenen en ouderen

Lopende onderzoeken

Lopende onderzoeken

pdf

Kenniscentrum ADHD bij volwassenen en ouderen is continu in ontwikkeling.

Lopende promotieonderzoeken

  1. Cheima Bouziane – “Neuro-imaging in children and adults with ADHD before and after methylphenidate treatment (the Epod study)”. AMC/Kenniscentrum ADHD bij Volwassenen, PsyQ.
  2. Farangis Dorani – “Looking into the eye of ADHD”. VU University Amsterdam, VUmc Department of Psychiatry/ Kenniscentrum ADHD bij Volwassenen, PsyQ.
  3. Emma van Andel – “Phase-shift in Adult ADHD of Sleep and Apetite (FASE study)”. VU University Amsterdam, VUmc Department of Psychiatry/ Kenniscentrum ADHD bij Volwassenen, PsyQ.

Overige lopende onderzoeken

  • In het oog van ADHD

In eerdere onderzoeken is er een verband gevonden tussen bepaalde verslechterde oogfuncties en ADHD symptomen bij kinderen. Het doel van het onderzoek is om na te gaan of volwassenen met ADHD vaker bepaalde afwijkingen in de oogfuncties hebben, en of veelgebruikte ADHD-medicijnen deze oogfuncties kunnen verbeteren. (Dorani, Bijlenga, Van der Meijden, Van Someren, Beekman, Kooij).

  • Hormoon-gerelateerde stemmingsklachten bij vrouwen met ADHD

In de dagelijkse praktijk, en door de relatie tussen oestrogenen en andere neurotransmitters die een rol spelen bij depressie en ADHD, is er een vermoeden dat hormoon-gerelateerde stemmingsklachten meer voorkomen bij vrouwen met ADHD dan gemiddeld. Uit ons verkennend vragenlijst onderzoek onder vrouwen met ADHD is inderdaad gebleken dat tijdens drie belangrijke periodes van hormonale veranderingen, meer stemmingsklachten voorkomen bij vrouwen met ADHD dan bij de algemene bevolking. De drie onderzochte hormoon-gerelateerde aandoeningen zijn:  premenstruele stemmingsklachten, postpartum depressie, en overgangsklachten. In dit onderzoek zal worden nagegaan of deze hormoon-gerelateerde aandoeningen inderdaad vaker voorkomen bij vrouwen met ADHD dan bij vrouwen in de algemene bevolking. De onderzoeksgroep is een goed gedocumenteerd cohort uit de klinische praktijk. Een tweede doel is het bekijken of er samenhang is tussen deze hormoon-gerelateerde klachten, bijkomende depressie of angststoornissen, en het slaap/waak ritme.